De W2 in ‘s-Hertogenbosch – toch al niet het grootste poppodium van Nederland – is woensdagavond 1 meiniet eens voor een derde gevuld als het Tilburgse Changing Tides een avondje metal aftrapt. De Brabanders mogen de zaal opwarmen voor Kill The Lights en wat doen ze dat goed!

Vol overtuiging klapt deze jonge deathcoreband er op. Ondanks de niet al te hoge opkomst, geven deze gasten zich helemaal. Dat blijft niet onopgemerkt, want steeds meer bezoekers schuifelen naar voren om de mannen van Changing Tides van dichtbij te zien.

Lomp, log en melodieus: tijdens deze verschroeiende set trekt de band alle registers open. Frontman Kasper Wienk valt op met zijn podiumpresentatie. Hij ontpopt zich tot de Randy Blythe van de Lage Landen en domineert het podium. Echt heel knap wat deze Tilburgers met slechts een studioplaat op zak hier neerzetten.

De meiden op de eerste rij headbangen voorzichtig mee voor het podium. “Wij vonden het leuk. Wat jullie van ons vonden, kan ik iet peilen. Mocht je het tof vinden, kun je bij ons wat merch kopen”, zegt Wienk tussendoor. Tijdens het een-na-laatste nummer klom de zanger podium af en liep hij tussen het publiek. Deze actie bracht qua interactiviteit weinig teweeg.

Naast een ietwat afwachtend publiek worstelde Changing Tides – en Kill The Lights later op de avond ook – vooral met een dof geluid. De nummers leken in elkaar over te vloeien, omdat de nuance verloren ging in de geluidsmix.

Na een dik kwartier was het de beurt aan publiekstrekker Kill The Lights. Zanger James Clark heeft er zin in, maar is vooral de eerste drie nummers amper verstaanbaar. De vocalen komen niet goed naar voren in de mix. Later trekt het wat bij, maar het geluid kun je deze avond niet bepaald goed noemen.

Clark heeft een fijne avond. Mooi om te zien hoe deze man echt opgaat in zijn muziek en zijn teksten beleeft of herleeft. Je ziet hem even in zijn eigen bubbel zitten om de woorden in zich op te nemen. Deze muziek is erg persoonlijk voor hem. Het is ook een manier om zijn gevecht met kanker te verwerken. Indrukwekkend om hem te zien.

Bassist Jason James is de kartrekker op het gebied van publieksparticipatie. Met uitdagende poses, handgeklap en uitnodigende gebaren betrekt hij de zaal bij de show. James houdt de sfeer erin. Het is opvallend – en mooi – om te zien dat er een aantal vrouwen op deze show is afgekomen. Een metalshow is vaak een mannenaangelegenheid, maar Kill The Lights trekt een diverser publiek.

Op een gegeven moment ontstaan voorzichtige moshpits tot groot genoegen van de band. Wat opvalt is dat er weinig chemie is tussen de bandleden op het podium. Op zich niet zo gek omdat de muzikanten verspreid van elkaar wonen. Kill The Lights is eigenlijk ook een uit de hand gelopen coronaproject (al zegt de band zelf van niet). Het doet niets af van deze avond die de bezoekers een vermakelijke pot metal voorschotelt.